De Britten zijn het zelf niet eens over hoe en waar de visserstrui precies is ontstaan. Eén verhaal is dat de gansey (zoals de visserstrui in Groot Brittannië heet) ontstaan zou zijn op Guernsey. Op dit eiland is al in de 15e eeuw een brei industrie waar bijvoorbeel kousen worden gemaakt. Voor het vervolg houden we deze versie voor 'waar' aan. Als we het tegendeel kunnen bewijzen komen we er op terug.
Foto: Gansey.co.uk |
Het ondergoed was namelijk bekend als 'jersey'. Inderdaad, van het gelijknamige eiland. Een kenner schijnt het verschil tussen een gladgebreide gansey (bovengoed) en een gladgebreide jersey (ondergoed) te kunnen zien.
Zeker is wel dat lord Nelson in 1805 de gansey tot onderdeel van het marine uniform maakt. Of dit een gebreide of een geweven gansey was is niet helemaal duidelijk. Het is in ieder geval 'bovengoed'.
Waar de Britten het wel over eens zijn is dat de gansey zich van het zuiden naar het noorden verspreidt. Het kernwoord hier blijkt 'haring' te zijn. De haring trekt van zuid naar noord, of andersom (afhankelijk van het jaargetijde) over de Noordzee.
De haringvissers trekken met de haring mee. Nu zou je verwachten dat de vissers de ganseys mee nemen naar hun thuishaven. Het blijken echter niet de vissers maar vooral de gutters te zijn die de gansey verspreiden.
Foto: Shetland Museum and archives
Mooi is dat de gutters de gansey steeds verfijnder maken. Hoe verder naar het noorden, hoe ingewikkelder de patronen. Het hoogtepunt ligt hier letterlijk én figuurlijk in Schotland (inclusief de Shetlands). In Schotland wordt (ook) Gaelic gesproken. Het Gaelic woord voor 'gansey' is 'geansaidh'.
De tot nu toe oudste foto die we hebben kunnen vinden met een bewerkte gansey dateert uit 1880. De bekende foto van vissers in Vlissingen is van 1891, slechts 11 jaar jonger.
Foto: Beeldbank HVA
Vrij zeker is dat de Nederlandse haringvissers die op de Shetlands komen de ganseys meenemen naar Nederland, net zoals dat gebeurt met de Itse muts in Marken. Mogelijk is er ook nog een connectie wat zuidelijker, met de botvisserij. Echte bewijzen hiervoor hebben we nog niet kunnen vinden. Het breigoed wordt geruild voor bijvoorbeeld thee of tabak.
Foto: Shetland Museum and archives
Voor Zeeland lijkt het kernwoord niet 'haring' maar 'mossel' te zijn. Vanaf 1890 vinden we in het archief van het Shetland museum Nederlandse vissers in ganseys. Ze zijn ondermeer afkomstig van Marken en Urk. Rond 1870 zijn de mosselbanken in de zuidelijke Nederlanden vrijwel uitgeput en gaan Zeeuwse vissers over de Zuiderzee naar het noorden om op de Waddenzee mosselzaad te vissen. In 1891 wordt de foto van de Arnemuidse vissers in Vlissingen gemaakt.
Tijdens de dagen dat er niet gevist kan worden en men verwaaid ligt ergens in een haven is er contact tussen vissers uit verschillende plaatsen.
We gaan er op dit moment van uit dat de mosselvissers de vissertrui hebben meegenomen naar het zuiden van Nederland. Als dit klopt is de verspreiding langs de Friese, Hollandse en Zeeuwse kust snel gegaan. Binnen één decennium dragen veel vissers dergelijke truien.
4 opmerkingen:
Jammer dat de foto's niet te zien zijn. Het verhaal achter de Visserstruien is bijzonder interessant. Groet van Willemien
Dit is raar. We zijn er mee bezig Willemien.
Het wordt steeds leuker :-) Leuke link is die van Gansey Nation!
Groeten,
Jeanet
Ik was ook benieuwd naar de foto's. Mooi en interessant om de route zo te volgen.
Een reactie posten